Indeling kinderboeken

Kinderboeken hebben een centrale plaats in effectief leesonderwijs. Welke soorten kinderboeken zijn er en waarvoor zet je ze in? Je leest daar meer over op deze pagina.

Op deze pagina vind je uitleg over verschillende indelingen voor kinderboeken:

Soorten kinderboeken

Er zijn allerlei soorten kinderboeken die je op verschillende manieren kunt gebruiken in de klas. In dit overzicht worden acht categorieën beschreven met daarbij de functies en doelgroepen. Boeken kunnen uiteraard in meerdere categorieën vallen, zoals cross-over-vormen als stripgedichten, non-fictie-gedichten en fictie gecombineerd met informatieve teksten.

Onderstaande indeling is o.a. gebaseerd op het handboek Open Boek (2020) door Jos Walta (Eindhoven: Kinderboekwinkel de Boekenberg, 6e volledig herziene druk).

1. Kijk- en zoekboeken

Kijk- en zoekboeken zijn er voor kinderen van alle leeftijden. Ze kunnen vaak op verschillende niveaus gebruikt worden. Op de pagina’s staan grote zoekplaten waarop van alles te zien en ontdekken is. Er zijn vaak kleine verhaallijnen te volgen en veel boeken hebben korte teksten met zoekopdrachten, die kinderen uitdagen om goed te kijken en systematisch te zoeken. Sommige boeken bevatten daarnaast korte (informatieve) teksten.

Kijk- en zoekboeken lenen zich goed om zelfstandig te bekijken of als gezamenlijke activiteit in een klein groepje. Voor kinderen die nog niet kunnen lezen en weinig ervaring hebben met boeken zijn ze geschikt om de interesse in boeken aan te wakkeren.

Functies:

  • Goed leren kijken en zoeken
  • Verhaallijnen ontdekken of verzinnen
  • Interesse in boeken aanwakkeren

Doelgroep:

  • Groep 1 t/m 8

2. Prentenboeken

Prentenboeken zijn er in vele soorten. Van boeken met illustraties van weinig artistieke waarde en ‘platte’ verhalen tot literaire prentenboeken met gelaagde illustraties en rijke teksten met diepgang. In veel prentenboeken spelen sociaal-emotionele thema’s een belangrijke rol. Prentenboeken kunnen op de volgende manier worden ingedeeld:

  • Verhalende prentenboeken:
    • Met tekst
    • Zonder tekst
  • Informatieve prentenboeken (zie categorie 5)

Prentenboeken lenen zich uitstekend om voor te lezen en over te praten in de kleutergroep, maar ook voor de hogere groepen zijn er geschikte prentenboeken die aansluiten bij de belevingswereld en het niveau van oudere leerlingen. Ook tekstloze prentenboeken zijn er voor verschillende leeftijden.

Functies:

  • Lees- en luisterplezier
  • Stimulans voor begrijpend luisteren
  • Taal- en leesontwikkeling
  • Interesse in boeken aanwakkeren/leesmotivatie
  • Literaire competentie
  • Leren over jezelf, de ander en de wereld
  • Uitgangspunt voor (kring)gesprekken
  • Geschikt bij (vakoverstijgend) thematisch onderwijs

Doelgroep:

  • Groep 1 t/m 8

3. Boeken om te leren lezen

Dit zijn op het niveau van beginnende lezers aangepaste leesboekjes met eenvoudige verhalen en vereenvoudigd taalgebruik. Er zijn boeken met één leesniveau, meegroeiboeken waarin de tekst geleidelijk iets moeilijker wordt, samenleesboeken met teksten op twee niveaus. Ook is er theaterlezen voor beginnende lezers, waarbij meerdere lezers elk een personage op zich nemen en zo al lezend een toneelstukje opvoeren.

Het stimuleert de leesmotivatie wanneer de boeken, ondanks de beperkingen van eenvoudig taalgebruik, een boeiend verhaal bevatten. Naast AVI-leesboeken zijn er ook uitgaven voor beginnende lezers waarbij geen rekening wordt gehouden met de AVI-criteria, zoals de serie Tijgerlezen. In deze boeken ligt de nadruk niet op het taalgebruik, maar op een spannende of humoristische en motiverende inhoud. Wel bevatten deze boeken korte zinnen en is het lettertype wat groter.

Voor leerlingen uit hogere groepen die het vloeiend lezen nog niet onder de knie hebben, zijn er makkelijk-lezen boeken. Deze boeken hebben een aangepast niveau, maar sluiten wel aan op de belevingswereld van oudere leerlingen.

Functies:

  • Technisch leren lezen
  • Leesbegrip oefenen

Doelgroep:

  • Groep 3 en 4

4. (Voor)leesboeken

Ook (voor)leesboeken zijn er in vele soorten en voor verschillende leeftijden. Van voorleesbundels met korte geïllustreerde verhaaltjes voor kleuters tot jeugdromans voor de bovenbouw. Er zijn toegankelijke serieboeken waarmee beginnende lezers leeskilometers kunnen maken en het plezier van lezen kunnen ontdekken. Daarnaast zijn er de meer literaire romans in rijke taal, die zich goed lenen om voor te lezen en voor gevorderde lezers om zelf te lezen. (Voor)leesboeken zijn er in allerlei genres, van griezelboeken tot historische romans en van verhalen over het dagelijks leven tot fantasy.  

Bij de indeling (voor)leesboeken kun je meer lezen over verschillende soorten en functies van deze boeken. Hier vind je een overzicht van genres zoals deze door de bibliotheek wordt gehanteerd.

Functies:

  • Lees- en luisterplezier
  • Leesmotivatie
  • Taal- en leesontwikkeling
  • Leeskilometers maken
  • Literaire competentie en ontwikkelen leessmaak
  • Leren over jezelf, de ander en de wereld
  • Uitgangspunt voor (kring)gesprekken
  • Geschikt bij (vakoverstijgend) thematisch onderwijs

Doelgroep:

  • Groep 1 t/m 8

TIP Kinderboekenambassadeur Manon Sikkel maakte een tiplijst met de leukste voorleesboeken

5. Informatieve boeken (non-fictie)

De categorie non-fictie bestaat uit aanwijsboeken en instructieve prentenboeken geschikt voor 0-4 jaar, informatieboeken en verhalende non-fictie.

  • Aanwijsboeken en instructieve prentenboeken (over voorwerpen, vormen, kleuren, tegenstellingen, etc.)
  • Informatieboeken:
    • Naslagwerken en encyclopedieën
    • Thematische informatieboekjes
  • Verhalende non-fictie:
    • Informatieve prentenboeken
    • Informatieve (voor)leesboeken

Informatieboeken, zoals allerlei soorten (rijk geïllustreerde) encyclopedieën, zijn vooral geschikt om informatie in op te zoeken voor werkstukken en projecten. Hiervoor kunnen leerlingen ook gebruikmaken van informatieboekjes over verschillende thema’s. In informatieboeken wordt de informatie meestal gepresenteerd in korte, losstaande teksten en niet als doorlopend verhaal, dus dit soort boeken zijn minder geschikt voor het voorlezen en vrij lezen.

Functies:

  • Kennisopbouw
  • Leren zoeken en selecteren
  • Woordenschat
  • Interesse in boeken aanwakkeren/leesmotivatie
  • Leesmotivate
  • Geschikt bij (vakoverstijgend) thematisch onderwijs

Doelgroep:

  • Groep 4 t/m 8

Verhalende non-fictie, in de vorm van een prentenboek of (geïllustreerd) leesboek, is gebaseerd op feiten, maar wordt gelezen als (doorlopend) verhaal. Deze boeken kunnen ook fictieve elementen bevatten, zoals personages of gesprekken tussen historische personen. Non-fictie in deze vorm leent zich goed om voor te lezen of voor leerlingen om zelf te lezen bij het vrij lezen.

Functies:

  • Kennisopbouw
  • Lees- en luisterplezier
  • Leesmotivatie
  • Taal- en leesontwikkeling
  • Leeskilometers maken
  • Literaire competentie en ontwikkelen leessmaak
  • Leren over jezelf, de ander en de wereld
  • Uitgangspunt voor (kring)gesprekken
  • Geschikt bij (vakoverstijgend) thematisch onderwijs

Doelgroep:

  • Groep 1 t/m 8

6. Poëzie, rijmpjes en versjes

Gedichten kun je in elke groep gebruiken. Er zijn eenvoudige rijmpjes waarin gespeeld wordt met taal en gelaagde gedichten in rijke taal. Door het (samen) lezen van poëzie ontdekken leerlingen het plezier dat je kunt beleven aan taal en hoe iets op verschillende manieren kan worden uitgedrukt. Het lezen van poëzie vergt wel instructie, maar poëzie is niet moeilijk of ingewikkeld. Er zijn veel toegankelijke gedichten die met humor, verbeeldingskracht en taalplezier zijn geschreven. Bloemlezingen kunnen helpen om te ontdekken welke dichters aansprekende gedichten van goede kwaliteit schrijven.

Functies:

  • Lees- en luisterplezier
  • Leesmotivatie
  • Taal- en leesontwikkeling
  • Stimulans voor verbeeldingskracht
  • Literaire competentie en ontwikkelen leessmaak
  • Leren over jezelf, de ander en de wereld
  • Spelen met taal/koppeling met schrijfonderwijs
  • Uitgangspunt voor (kring)gesprekken
  • Geschikt bij (vakoverstijgend) thematisch onderwijs.

Doelgroep:

  • Groep 1 t/m 8

TIP Doe inspiratie op in het tijdschrift Dichter of de verzamelbundel Poëzie hardop van de voormalige Kinderboekenambassadeurs Hans en Monique Hagen, die ook een tiplijst met mooie dichtbundels voor kinderen samenstelden.

7. Strips en graphic novels

Er zijn strips en graphic novels (stripromans) met weinig (rijke) taal waarbij de nadruk op het beeld ligt, maar er zijn ook boeken in dit genre met een rijker taalgebruik en gelaagde verhalen over sociaal-emotionele thema’s. Dit laatste geldt vooral voor op zichzelf staande graphic novels, terwijl strips meer inzetten op humor en herkenbaarheid van de personages en verhaallijnen. Wel bevatten dit soort bekende strips (Donald Duck, Suske en Wiske) regelmatig laagfrequente woorden die de woordenschat vergroten.

Strips en graphic novels zijn geschikt voor het aanwakkeren van interesse in boeken en lezen en voor het stimuleren van leesplezier. Doordat ze over het algemeen minder tekst bevatten dan leesboeken, zijn strips en graphic novels minder geschikt voor het werken aan leesvaardigheid, woordenschat en literaire competentie. De plaatjes zijn soms genoeg om het verhaal te begrijpen, dus (zwakke) lezers worden bij het lezen van strips niet uitgedaagd om (alle) tekst te lezen en zo leeservaring op te doen. Strips en graphic novels kunnen wel een opstapje vormen naar rijk geïllustreerde lekker-lezen-boeken met meer tekst. Informatieve stripboeken zijn geschikt om in te zetten bij thematisch onderwijs en kunnen ook bijdragen aan de woordenschat over een thema.

Functies:

  • Leesplezier
  • Leesmotivatie
  • Taal- en leesontwikkeling
  • Leren over jezelf, de ander en de wereld
  • Geschikt bij (vakoverstijgend) thematisch onderwijs.

Doelgroep:

  • Groep 4 t/m 8

8. Luisterboeken

NT2-leerlingen, leerlingen met een taalachterstand of zwakke lezers kunnen baat hebben bij luisterboeken, zeker wanneer ze mee kunnen lezen. Zo komen ze naast de Makkelijk-Lezen-boeken die ze zelf lezen, ook in aanraking met een rijk taalaanbod. Luisterboeken stimuleren de woordenschatontwikkeling en het taalbegrip en kunnen ook de leesmotivatie bevorderen.

Functies:

  • Begrijpend luisteren
  • Luisterplezier
  • Leesmotivatie
  • Taal- en leesontwikkeling
  • Literaire competentie
  • Leren over jezelf, de ander en de wereld

Doelgroep:

  • Groep 4 t/m 8

TIP In de Online Bibliotheek vind je luisterboeken voor de onderbouw en voor de midden- en bovenbouw die gratis beschikbaar zijn voor bibliotheekleden.  
TIP Op zoek naar meer inspiratie voor leuke kinderboeken? Zie de tiplijsten van voormalig kinderboekenambassadeurs Jacques Vriens en Jan Paul Schutten: Jacques Vriens stelde een lijst samen met zestig kinderboeken voor Pabo-studenten om kinderboeken te leren kennen. Jan Paul Schutten maakte een lijst met uiteenlopende titels in allerlei genre’s met het idee dat er voor elk kind een boek te vinden is.

Indeling (voor)leesboeken

Om grip te krijgen op het enorme aanbod van kinderboeken en een idee te krijgen van het taalgebruik en de toegankelijkheid van (voor)leesboeken, kunnen de indeling uit Rijke taal (Van Koeven & Smits, 2020) en het handboek Open Boek (2020) handvatten bieden.

Vanzelfsprekend hoeft niet elk boek duidelijk binnen één categorie te passen. Deze indeling geeft een indicatie van de soorten leesboeken die er zijn voor kinderen en kan helpen bij het vinden van het juiste boek voor elke leerling. Het doel van het indelen van boeken in categorieën is vooral om zicht te krijgen op wat een boek van een lezer vraagt en welke categorie boeken aansluit bij de leesontwikkeling van een leerling.

Deze indeling gaat over (voor)leesboeken, maar ook andere soorten kinderboeken, zoals prentenboeken, strips en informatieve boeken, kunnen kenmerken hebben die passen bij een van de volgende categorieën. 

1. Gemaksboeken

Voor gemaksboeken geldt over het algemeen dat deze boeken geen rijke taal bevatten. Gemaksboeken zijn ‘platte’ boeken met vaak felgekleurde (tekenfilmachtige) illustraties. Het zijn vaak (slechte) vertalingen en het is niet altijd duidelijk wie de schrijver, illustrator en vertaler zijn. Het taalgebruik kan verouderd, stijf of onnatuurlijk zijn. Dit soort boeken hoort niet thuis in een schoolbibliotheek. Als een leerling zo’n boek meeneemt van huis, is het wel belangrijk om er aandacht aan te besteden en het niet af te keuren. Probeer vervolgens samen met het kind een boek met rijkere taal te vinden dat ook aansprekend is of over hetzelfde onderwerp gaat.

2. Lekker-lezen-boeken

In de indeling van het handboek Open Boek komt deze categorie overeen met de recreatieve boeken. Lekker-lezen-boeken zijn laagdrempelig, lezen lekker weg en zijn vaak onderdeel van een serie. De nadruk ligt op actie en avontuur en de boeken hebben vaak een chronologische opbouw. Personages maken over het algemeen weinig ontwikkeling door (‘flat characters’).

Deze boeken gaan bijvoorbeeld over paarden, voetbal of andere hobby’s, school en het dagelijks leven. Het taalgebruik is misschien niet altijd origineel en beeldend, maar door het gebruik van laagfrequente woorden die passen bij het onderwerp, is de taal soms toch rijker dan je zou verwachten. Ook kunnen kinderen kennis van de wereld opdoen uit deze boeken.

Lekker-lezen-boeken zijn minder geschikt om voor te lezen, vanwege de nadruk op actie, met weinig aandacht voor reflectie en emoties. Om die reden lenen ze zich ook minder goed voor een verdiepend gesprek of een verwerkingsopdracht. Ook zijn de boeken minder gelaagd in de typering van personages en kunnen sommige van deze boeken rolbevestigend zijn of stereotypen bevatten.

Serieboeken zoals Het leven van een loser, Dagboek van een muts en de Waanzinnige boomhut-serievallen in deze categorie. De namen van deze series zijn bij de meeste kinderen vaak bekender dan de auteur en illustrator.

Deze boeken horen zeker in de schoolbibliotheek thuis, want ze zijn geschikt om zelf te lezen en vormen een goede start voor kinderen die steeds beter kunnen lezen. Met deze boeken kunnen kinderen leeskilometers maken en ze kunnen de interesse in boeken en leesplezier aanwakkeren. Lekker-lezen-boeken zijn vaak populair onder kinderen en vallen geregeld in de prijzen bij de Kinderjury. Wanneer kinderen fervente lezers zijn van lekker-lezen-boeken, kun je ze ook eens een boek uit de volgende categorie aanbieden.

3. Lekker-lezen-plus-boeken

In  Open Boek komt deze categorie overeen met de explorerende boeken. Dit zijn toegankelijke, goedgeschreven boeken van gerenommeerde jeugdboekenauteurs uit binnen- en buitenland. Lekker-lezen-plus-boeken zijn geschikt om voor te lezen, zelf te lezen en over te praten.

Het zijn vaak spannende of humoristische boeken met tegelijkertijd een diepere laag en (sociaal-emotionele) thema’s die kinderen aangaan. De personages maken een ontwikkeling door in de loop van het verhaal (‘round character’). Er is aandacht voor de gedachten en gevoelens van de hoofdpersonages en er is ruimte voor de lezer om eigen opvattingen en ervaringen te spiegelen aan die van de personages in het boek. Inhoudelijk zijn er genoeg aanknopingspunten voor een gesprek met de klas.

Het taalgebruik is eigentijds en levendig. Meestal is er een chronologische verhaalopbouw met ruimte voor meer vertelperspectieven, maar er kan ook gebruik worden gemaakt van flashbacks en flashforwards.
Voorbeelden van lekker-lezen-plus-boeken zijn serieboeken zoals Dolfje Weerwolfje, Dummie de mummie, Mees Kees en Superjuffie, en veel op zich staande boeken, zoals verscheidene boeken van Anna Woltz en Jacques Vriens. De serieboeken zijn populair en worden ook vaak genomineerd voor de Kinderjury. Voor jonge en minder sterke lezers kunnen juist de serieboeken in deze categorie aansprekend zijn omdat ze de personages en de context al kennen en weten dat ze het boek qua niveau aankunnen.

4. Boeken om in te (ver)dwalen

In Open Boek vallen deze boeken binnen de reflectieve boeken. Dit zijn literaire kinderboeken die vaak worden bekroond met vakjuryprijzen zoals de Griffels en de Woutertje Pieterse Prijs.

De boeken vallen op door een origineel thema (of originele behandeling van een bekend thema), een bijzonder perspectief en een vernieuwende of literaire stijl. Dat kan ervoor zorgen dat de boeken niet altijd even toegankelijk zijn. Deze categorie boeken bevat het meest rijke taalgebruik. Ze prikkelen de verbeelding van de lezer optimaal. De vorm speelt een belangrijke rol en de taal bevat literaire stijlkenmerken.

De thema’s, gelaagdheid en verschillende perspectieven maken deze boeken bij uitstek geschikt om voor te lezen, om samen over te praten en om te werken aan literaire competentie. Door het verhaal te bespreken maak je het toegankelijker voor alle leerlingen en kunnen jullie er samen in de klas van genieten. Sterke lezers kunnen deze boeken ook zelf lezen. Je kunt hen ondersteunen door gesprekken te voeren over het boek en hun leeservaring.

Bibliotheekindeling

De indeling met letter(s) die gehanteerd wordt in de Bibliotheek en de Bibliotheek op school. De indeling geeft een leeftijdsindicatie, maar leerlingen zijn uiteraard vrij om te kiezen en hoeven niet alleen boeken te lezen die volgens de indeling passen bij hun leeftijd.

AB: Prentenboeken voor baby’s
AP: Prentenboeken voor peuters
(Deze categorieën bevinden zich vaak niet in de schoolbibliotheek.)

AK: Prentenboeken voor kleuters
E: Eerste leesboekjes tot 7 jaar
A: Leesboeken voor 7 t/m 8 jaar
B: Leesboeken voor 9 t/m/ 12 jaar
C: Leesboeken voor 13 t/m 15 jaar
D: Leesboeken voor 15 jaar en ouder

AJ
: Non-fictie voor 4 t/m 8 jaar
J: Non-fictie voor 9 jaar en ouder

Bibliotheekboeken hebben vaak een pictogram met het genre: dieren, humor, vriendschap, historisch verhaal, etc. Een overzicht van deze pictogrammen is hier te vinden.